De Cognitieverlies-CAP wordt geactiveerd met code 1. Dat betekent dat deze cliënt aan de volgende twee voorwaarden voldoet:
EN
Wanneer de CAP code 1 activeert, dient men het risico op cognitieve achteruitgang op te volgen. Volgens interRAI-studies neigen deze cliënten achteruit te gaan vanaf het moment dat er bij hen twee of meer van de bovenstaande tekens aanwezig zijn. Daarom moeten de prestaties van deze cliënten nauwlettend geobserveerd worden, zodat nieuwe tekens onmiddellijk gedetecteerd kunnen worden.
Volgens interRAI-studies (handboek interRAI) behoren ongeveer 35% van de ouderen in een RVT, 75% van de ouderen die thuiszorg ontvangen en 98% van de zelfstandig wonende ouderen tot deze groep (= bij wie de CAP geactiveerd wordt met code 1). Ongeveer 13% van de ouderen in deze groep die in een RVT verblijven, zal tijdens een periode van negentig dagen een neiging tot cognitieve achteruitgang vertonen. Bij de ouderen die thuiszorg krijgen neigt ongeveer 10% achteruit te gaan (in de VS).
[#1]De Cognitie Prestatieschaal van het RAI meet de cognitieve status van de persoon. Scores variëren van 0 (intact) tot 6 (zeer ernstig verstoord). De schaal blijkt goed overeen te komen met de resultaten van de Mini-Mental State Examination (MMSE).
MMSE.pdf | 152612 bytes |