At line 5 changed 1 line. |
Het bepalen van het vermogen van de cliënt om zich recente gebeurtenissen (korte termijn geheugen) te herinneren, om opeenvolgende activiteiten uit te voeren (procedureel geheugen) en om plaatsen en personen te herkennen (situationeel geheugen) |
Het bepalen van het vermogen van de cliënt om zich recente gebeurtenissen (korte termijn geheugen) te herinneren, om opeenvolgende activiteiten uit te voeren (procedureel geheugen) en om plaatsen en personen te herkennen (situationeel geheugen). |